Arme-Klarenstraat 6 Roeselare - info@overdegrenzenheen.be
'Ons verhaal is een verhaal van verhalen, een rode draad tussen alle andere rode draden. Op een dag verzamelen we genoeg draden om er een vangnet van te maken.'
Marijn Depraetere
We zijn allemaal uniek maar hebben recht op hetzelfde. Het verhaal, de verhalen, in onze rugzak zijn geen definitie van wie wij zijn, maar ze zijn wel een stuk van ons.
De geweldsdelicten die jij en ik ervaren hebben in het verleden zijn niet wie we zijn. De verhalen die je grijpen zijn niet de handen die je bewegen. Wie jij bent en met wie je verbinding kan maken zijn niet verloren gegaan.
Er zijn nog vele andere stukken waardevolle mens rond de trauma's die je draagt. Het zijn die stukken mens die we samen versterken. Geheel vrljblijvend en aan jouw tempo.
Ze kwam binnen in de ont-moet-ing en keek onwennig. Ons herstel- en inloophuisje in het hart van de stad Roeselare is gezellig en knus ingekleed. Een zetel, een hoekje en een stoeltje, voor ieder wat wils. Ze koos een tafeltje, verborgen, uit het zicht. Onze medewerker kwam bij haar zitten en bood haar een kopje koffie aan. Ze had geen geld, zei ze. Dat was geen probleem, zei de medewerker. Koffie is altijd gratis. Het begint bij een goed gesprek. Koekje?
Ze heet Beatrijs, maar die naam bleek ze even hard te haten als haar achternaam. ‘Zeg maar B. Of ja, wat je wil, het maakt niet uit.’ B is een vrouw van middelbare leeftijd, moeder van twee kinderen, een beetje zwaarlijvig. Hoe ze bij ons terecht kwam weet ze zelf niet meer. Was het via haar psychotherapeut? Of een lotgenoot? Had ze een online advertentie gezien? Het maakt niet uit. Ze is welkom. We sluiten niemand aan of uit op labels. Er is geen drempel in de ont-moet-ing. Er zijn geen voorwaarden alvorens je binnen mag.
Het gesprek gaat verder. Of ze broers en zussen had? Een broer, en nee die broer was niet gevrijwaard van vaders perversie. Jaren aan een stuk, en eigenlijk is hij nog niet gestopt. De koffie is maar half op en ze gooit haar rugzak vol op tafel. De ont-moet-ing werkt: ze spreek vrijuit, zonder dat wij het vragen.
Haar kinderen? Ze barst bijna in huilen uit. ‘Ik mag ze niet meer zien.’ Haar ex domineert haar relaties. Zij is de gevaarlijke ouder, want ze is psychisch instabiel. Ze beschuldigde hem zelfs van verkrachting! ‘Maar het is zo.’ Ze zucht. Niemand steunde haar en toch deed ze, na jaren mishandeling, die aangifte.
Daar moet ze vandaag voor boeten. Hoe zwaar deze vader wel niet te lijden heeft onder deze valse beschuldigingen. Hoe hard hij wel zijn best doet. Hij huilde in de rechtbank. Ze had hem nog nooit zien huilen. De rechtbank geloofd hem. Niet haar. Zij was alleen bevroren in angst terwijl ze zo dicht bij hem zat. Ze krijgt bezoekrecht in een neutrale ruimte van het CAW. Ze moet betalen om haar eigen kinderen te zien. ‘Ik had beter gezwegen.’ Nee, B, blijf maar praten.
B is wanhopig op zoek naar iemand die haar geloven wil. Ze zegt het letterlijk zo. We geloven haar, onvoorwaardelijk en zonder taboe. Waarom zou je dit soort zaken gaan uitvinden? ’t Is niet zo dat aangifte van seksueel geweld doen een ervaring is waar mensen naar verlangen. We geloven haar, punt. Ze lijkt onze woorden niet te kunnen accepteren. Ze kijkt ons aan met de ogen van een bang, getraumatiseerd kind. Er zijn geen oplossingen. Hij stopt nooit. Haar vader ook niet. ‘Hij komt langs met eten. En voor de rest.’ Een aangifte? Tegen haar vader? ‘Ze geloven me toch niet. Ik heb het al zo vaak aan iemand verteld.’ Ze voelt zich gek geworden. Ze is niet gek: ze is misbruikt, vertellen we haar. Ze schud van nee. Van ja. Ze huilt. ‘Waarom ik?’ Snot. Zakdoek. De koffiemachine ronkt.
De volgende activiteit is ze er als eerste. Ze heeft de ont-moet-ing gevonden. We noteren haar gegevens en vragen of ze lid wil worden van Over De Grenzen Heen VZW. Dat kan vanaf een enkele euro per maand, maar iedereen geeft wat ze kunnen en wensen te geven. Ze knikt, die euro lukt wel. Benzine ook wel. Ze eet liever eens niet dan dat ze geen lid wordt. We bieden haar de sociale kas aan. Nee, ook in armoede heb je trots. Dit was van haar. Geen gift, verdomme.
Ze komt vaak terug. Altijd eigenlijk. Als lid krijgt ze de uitnodigingen van ikdoemee@overdegrenzenheen.be met niet enkel onze publieke openingsuren maar ook onze private therapeutische trajecten. Die deelname is alleen na een intakegesprek beschikbaar. Telkens de ont-moet-ing een inloop-dag heeft, lotgenotencontact, een therapeutische praatgroep, therapeutisch traject of een activiteit - zoals systeem therapeutische paardentherapie in de Manorhoeve - is georganiseerd, doet ze er gretig aan mee. We ondersteunen haar in elke stap.
Het duurt dan ook niet lang tot ze van deelnemer naar vrijwilliger evolueert. Is er nergens een afwasje? Of de planten al water hebben gekregen? Moet ze geen flyer maken? Ze spreekt over de ont-moet-ing online en nodigt iemand uit die ze uit een vorige opname in de psychiatrie kende.
Deze laatste komt af met haar eigen rugzak, en deze van haar 8-jarige dochter. Die casus kunnen we de volgende keer uitschrijven, maar samengevat: vader is aangeklaagd. Zijn traject is nu voorgekauwd. Wij helpen nu het hunne te vinden.
In de ont-moet-ing moet niets, maar het mag. Doe alsof je thuis bent. B komt af met voorstellen, begint spontaan dingen te knutselen en uit te hangen en vraagt steeds meer info. Ze gebruikt onze online kanalen en zelfhulpgroepen. Ze haalt boeken uit onze bibliotheek en vult deze met eigen boeken aan. Ze bloeit open.
We herkennen deze geestdrift. Het is die fase van nieuwe hoop. Die eerste nieuwe verbinding met nieuwe mensen. Delicaat, kwetsbaar, maar zo’n belangrijke stapsteen. De ogen van dat bange, kleine kind maken plaats voor deze van de intelligente en krachtige vrouw die ze vandaag eigenlijk is. Haar talenten zijn duidelijk, ze heeft enkel een kans nodig ze te gaan verfijnen. Het duurt niet lang wanneer we haar vragen om samen wat zaken te organiseren.
Ze zegt ja, toch heeft ze het vaak erg moeilijk. Waar ze aanvankelijk met een grimas trachtte haar eigen post-traumatische symptomen te onderdrukken als ze bij ons aanwezig was, werd het na een lange vergadering pijnlijk duidelijk dat ze dit masker niet langer kon volhouden en er nood was aan balans en meer zelfzorg.
Het was een lange werkdag geweest toen B in ons gezelschap verzeilde in een reeks van enorm heftige herbelevingen. We konden haar van de grond heffen toen ze viel, zodat ze haar hoofd niet stootte tijdens haar schokken. Gelukkig doet onze plofbank ook dienst als ziekbed. We praten op haar in terwijl ze krampachtig haar eigen lichaam terug onder controle trachtte te krijgen. Haar verweer was zelfs in deze herbeleving erg duidelijk. Je zag het schaduwgevecht. Ze verdwijnt, kijkt ons plots aan met een lege blik, zegt ‘nee’, en hervalt in haar gevecht. Ze had ons gewaarschuwd op voorhand, en dat gesprek komt van pas.
Als ervaringsdeskundigen in post-traumatisch herstel zijn we, hoe dramatisch deze scène ook was, deze taferelen vertrouwd. Veel van onze medewerkers dragen zelf traumasporen en hadden of hebben soms herbelevingen. Velen deden in reactie daar vroeger op aan automutilatie. Ons eigen herstelproces is nog niet afgerond, maar er is vandaag wel ruimte om te delen. We gebruiken onze ervaringen en onze eigen vormingen om haar, ook hierin, te (h)erkennen.
We blijven op haar inpraten, blijven zoeken naar haar geest in de dag van vandaag en niet de gruwel van vroeger. We pasten verschillende technieken toe om haar te helpen deze traumagolf te overbruggen. Tapping, progressive counting, still of trauma, grounding, descriptive focus, enz. Een greep uit ons aanbod psycho-educatie en on-the-spot traumatologie, geïnspireerd op Y. Castelyn en B. van der Kolk. Het werkt. Ze krijgt controle terug en is responsief.
We blijven op haar inpraten en deze keer raakt ze niet meer overspoeld door haar traumasporen. De traumatische stressgolf ebt weg en we geven haar een kopje koffie. Bewust, voor de warmte en geur er van. We laten haar uitpraten.
Ze heeft inderdaad hulp nodig en ze had al overal aangeklopt: CAW, GGZ, private therapeuten, Zorgcentrum Seksueel Geweld, verschillende initiatieven in tweedelijnszorg, even op de PAAZ. Altijd deden ze de deur open, maar vaak passeerde ze het intakegesprek niet. Hun aanbod waar voor haar onvoldoende. Nergens was een traject voorhanden die langdurig en betaalbaar genoeg is om haar complexe post-traumatische stress stoornis te kunnen ontginnen en traumaverwerking mogelijk te maken. Was die dienst er wel en had die middelen haar te helpen kon dit toch niet, want er was simpelweg geen plaats. Ze was nummer 63 op de wachtlijst, zegt ze. Twee maand geleden was dat 72.
Het mobiel teams crisishulp was er even geweest, maar zijn er nu niet meer. Nochtans had ze nog steeds hulp nodig in crisis. Langdurige teams psychische hulp aan huis verwezen naar haar vraag tot opname in tweedelijnszorg, dat moest maar eerst gebeuren.
CAW en GGZ hadden ook wachtlijsten, maar als ze binnen kon was het wel een steun. Even, want, ze werken er niet op haar trauma’s, het is mentale hygiëne bewaken. Die therapeuten hebben – terecht – de schrik een complex potje open te gooien die ze niet meer toe krijgen in een ambulant traject van beperkte duur. Op C-PTSS zijn veel CAW’s simpelweg niet voorzien. Er werken therapeuten, maar niet noodzakelijk psychotherapeuten die trauma’s (h)erkennen. In het GGZ raakte ze niet binnen. Er waren daar wel traumatherapeuten maar die zaten allemaal al volgeboekt met andere patiënten. De privétherapeut was oké, maar onbetaalbaar. Je lost dit niet op in acht gratis beurten.
De zelfmoordlijn en tele-onthaal kende ze, ze belde hen als ze suïcidaal was, maar die mensen konden haar niet echt helpen. Er is geluisterd maar uiteindelijk valt het gesprek stil. Deze vrijwilligers bieden geen therapie aan, het is gehoor geven aan de eenzaamheid, maar niet aan traumasporen.
Na elke ‘afwijzing’ van de hulpverleners vingen wij haar op. Samen bleven we zoeken naar nieuwe opties. Zo kon B, dag per dag en soms uur per uur, op ons steunen om de wachtlijst te overbruggen. We zijn hulplijn, geen noodlijn, maar we zijn er voor elkaar in ons herstel, ook wanneer de zoveelste hulpverlener bedankte. De dag na een crisis bellen we haar op. Oe ist?
Vandaag is B in opname. Eindelijk een plekje. Ze doet het er geweldig. Als ze afleiding nodig heeft doet ze iets voor Over De Grenzen Heen VZW. We blijven het benadrukken: eerst zelfzorg B, eerst je eigen opname afronden, maar ze heeft er een steun aan om iets nuttig te kunnen doen voor ons. We bezoeken haar, we spreken nagenoeg dagdagelijks met elkaar en we houden de deur open voor wanneer ze de psychiatrie weer verlaat. Onze stoelen en zetel staan klaar.
B zal niet in een sociaal vacuüm vallen wanneer ze straks uitbehandeld is. Over De Grenzen Heen VZW is er voor haar, net zoals we er zijn voor al onze leden.
Marijn Depraetere
Over De Grenzen Heen VZW
voorzitter